op één lijn 47 3e uitgave 2013 Vol verwachting zaten sommigen klaar om door mij herkend te worden en gelukkig scoorde ik meestal correct. Mezelf kennende moet ik deze quiz nog een paar keer herhalen teneinde de meeste namen-en-gezichten niet meer te vergeten. Naast de 25 huisartsen, werken er nog 40 andere professionals in het gezondheidscentrum. Er zitten een apotheek, fysiotherapeuten en een afdeling Jeugd en Gezin onder hetzelfde dak. Dat dak is overigens niet zomaar een dak, want het behoort tot een kerk die een paar jaar geleden werd omgebouwd tot een groot gezondheidscentrum. Het werk van de architect die ook het Kruisherenhotel en de boekhandel Selexyz in Maastricht inrichtte, is duidelijk herkenbaar en maakt het alleen al een genot om in het centrum rond te lopen. Waar Selexyz als mooiste boekhandel van Europa werd gekozen, verdient Leonardus (Helmond) wat mij betreft deze prijs in de categorie gezondheidscentra. Inderdaad speelt mijn herintreden zich af in Zuid-Oost Brabant. Niet echt naast de deur van Maastricht maar wel op ‘veilige’ afstand van oud-patiënten uit mijn twee eerdere praktijkregio’s in Zuid-Limburg. echter, de doorslag om Leonardus te vragen was niet de afstand tot Maastricht, maar mijn collega Wim die ik al langer ken via een project in Kenia waarin we samen actief zijn en die direct enthousiast reageerde toen ik hem voorzichtig vroeg of ik in zijn praktijk welkom was. Los daarvan geeft Leonardus me als oud-Eindhovenaar en oud-aios in de buurt van Den Bosch, iedere praktijkdag opnieuw een gevoel van thuiskomen in Brabant. Wat langer geleden dan mijn aios-tijd, was ik student geneeskunde en aansluitend arts-assistent psychiatrie. In die tijd werd ik vastbesloten om mijn beroepsleven in de geneeskunde voor altijd uit drie parallelle onderdelen te laten bestaan: patiëntenzorg, onderwijs en onderzoek. Mijn conclusie toen en nu is dat juist het geheel van deze drie de inspiratie en energie levert om relevant onderzoek te doen, plezier te hebben als docent en patiënten gemotiveerd te behandelen. In de 2,5 jaar waarin het trio was teruggebracht tot een academisch duo (onderzoek en onderwijs) werd me steeds meer duidelijk dat leeftijd (ik ben 58) niets afdoet aan genoemde ervaring en inspiratie. Het is ook dezelfde ervaring (van mij en anderen) die mede aan de wieg stond van de aiotho-opleiding in Maastricht. Het zijn de oud-aiotho’s en een groeiende groep huisartsonderzoekers, -docenten en -opleiders die laten zien, dat we in huisartsenland op de goede weg zitten. Een ervaring als laatstgenoemde bleek tijdens (de voorbereidingen van) mijn herintreden paradoxaal te werken. Enerzijds leken collega’s huisartsen relatief snel geneigd om hun praktijkdeuren voor me openen, anderzijds leken ze teleurgesteld zodra bleek dat ik echt wilde komen om patiëntenzorg, dus geen academisch werk, te verrichten. Tegelijkertijd zijn beide heel moeilijk te scheiden. Zo vroeg ik me op de eerste praktijkdag als herintreder af wat ik letterlijk terugzag van vele jaren wetenschappelijk werk in de huisartsgeneeskunde. Een serie NHG-Standaarden en een point-of-care CRPapparaat was het voorlopige en uiteraard incomplete antwoord dat ik mezelf kon geven. Maar het waren dezelfde Standaarden en apparatuur die ik al op de eerste praktijkdag nodig had om te kunnen besluiten dat een van mijn patiënten definitief geen antibiotica nodig had en om een andere patiënt dezelfde dag voldoende gemotiveerd aan de internist te kunnen aanbieden. Een variant op dit thema betreft onderwijs en opleiding. Eén van de twee aios in Leonardus volgt een NHG Kaderopleiding. Met veel plezier hebben we tijdens mijn derde praktijkdag samen gekeken naar de eindpresentatie die hij aan het voorbereiden was. Het was een presentatie waarvan ik zelf de nodige, direct in de spreekkamer toepasbare inhoudelijke kennis opstak. Zodoende kwam ik tot de definitieve conclusie dat patiëntenzorg, onderzoek en onderwijs alle drie gebaat zijn bij tenminste een aantal vakbroeders die het combineren van deze drie vele jaren achtereen volhouden. Ik zie deze conclusie ook graag als een stimulans richting alle aiotho’s en alle huisarts-onderzoekers, -docenten en -opleiders. De uitdaging was en blijft wel om de combinaties van twee of drie taken en functies werkbaar te houden. Er bestaan geen handboeken die hierin de weg wijzen. Vallen (liefst niet te hard) en opstaan is de beste, niet aan leeftijd gebonden leerschool, zo is mijn ervaring. Zo werd mijn academische werkweek met het weer gaan praktiseren plotseling een dag korter zonder dat ik tevoren iets had kunnen doen aan mijn takenpakket op het gebied van onderzoek en onderwijs. Daar kwam nog een flinke schep bovenop toen Caphri onverwacht in zwaar weer verzeilde. Het vinden van een nieuw evenwicht is de niet gemakkelijke uitdaging voor de komende maanden. Dat brengt me terug bij het begin: de dag voorafgaande aan mijn voorzichtige terugkeer in de patiëntenzorg. Een rondje door mijn werkkamer op de Universiteit Maastricht was voldoende om van belangrijke huisartsgeneeskunde leerboeken een snel groeiende stapel te maken. boeken die ik eigenlijk (opnieuw) zou moeten bestuderen alvorens de praktijk weer in te kunnen, was de gedachte. Genoeg leeswerk voor twee maanden, maar ik had nog slechts twee uur. Het zelf opgedragen huiswerk werd als vanzelf teruggebracht tot de inhoudsopgave van de klapper NHG-Standaarden. Met dezelfde klapper en het Farmacotherapeutisch Kompas in mijn tas toog ik de volgende dag naar Helmond om aldaar alleen een stethoscoop uit mijn bagage te halen. Heerlijk om weer een beetje dokter te kunnen zijn! 6 Pagina 5
Pagina 7Interactieve digi-boek, deze sportblad of cursus is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het online maken van internet catalogi.
Op één Lijn 47 Lees publicatie 17Home